We wonen deze week in een mooi, groot huis in een straat met uitzicht over de Golden Gate. Als er geen mist is kun je de brug zien. De eigenaars zijn twee gepensioneerde computerdeskundigen, die al sinds de jaren zestig in San Francisco wonen. Zij waren, zo vertelden ze ons, zelf geen hippies, maar hebben de hele beweging hier als jongelui nog net meegemaakt. Onze gastvrouw was nog maar net hierheen verhuisd vanuit Oklahoma toen ze op een ochtend wakker werd van een hard, raar geluid dat ze nog nooit gehoord had. Dat bleek later Jimi Hendrix te zijn, bezig met zijn soundcheck voor het legendarische concert op de Panhandle (een soort uitloper van het Golden Gate Park, die de wijk Haight Ashbury afsluit).
Haight Ashbury is vandaag de dag een stille buurt, met hele dure huizen. Haight Street probeert het hippieverleden levend te houden, maar het is erg kunstmatig en commercieel. Er zwermen jongeren met grote rugzakken rond, vooral punks, en ook veel zwervende alcoholisten. Je vindt er dezelfde winkeltjes als in de Damstraat in Amsterdam, met waterpijpen en mariuana-souvenirs. Straatmuziek? Hier en daar zitten jongens met mottige dreadlocks in zichzelf gekeerd op een gitaar te strummen.
Is het hippiedom dus zo'n beetje uitgestorven? Daar lijkt het op. Maar misschien is dat toch niet waar. De subcultuur is in een aantal opzichten cultuur geworden. Zie de organic winkels. Wat in Nederland voorbehouden is aan natuurwinkels en een paar aparte schapjes in Albert Heijn, is hier gemeengoed. Zelfs de kleinste kruideniertjes - en die zitten hier op bijna iedere straathoek - grossieren in biologische producten.
Volgens een interessant artikel in de New York Times loopt er een lijn rechtstreeks van de hippie-idealen naar deze algemeen aanvaarde organic-trend. En dat niet alleen, ook naar het internet. De droom van de hippies was om de gevestigde orde te ondermijnen door het stichten van nieuwe, onafhankelijke gemeenschappen. Het internet leek van meet af aan die droom te kunnen vervullen. Je kan er over van mening verschillen of dat ook echt zo is, maar een feit is dat veel oude hippies in de jaren '70 en '80 aan de slag zijn gegaan met computers, en hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van het internet.
Wat er nog over is van de hippies in uiterlijke zin, is een beetje teleurstellend. Maar er loopt een vloeiende lijn van Ken Kesey's LSD-feesten naar het huis vanwaaruit ik op dit moment dit blogbericht schrijf.
maandag 3 november 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten